…of in ieder geval niet dit jaar. Dit jaar vier ik Winternachten.

Als je mijn blog vaker leest dan weet je dat ik me heb aangesloten bij de ‘huiskamer’ groep van Swesaz, thuis in het Heidendom. Voorheen begaf ik me op het eclectische, leunend naar traditionele, heksenpad en vierde ik alle sabbats en esbats. En ook feesten zoals Halloween of Dia de los Muertos. Dit ook omdat ik in de Verenigde Staten heb gewoond en daar veel Mexicaanse vrienden had en mij altijd erg aangesproken heb gevoeld tot het vieren van en verbinden met de doden. Bovendien ben ik niet vies van een verkleedpartij en een beetje griezelen. Maar goed ik verlang naar meer verdieping en verbinding met het land onder mijn voeten en het bloed wat door mijn wortels stroomt, dus ik volg nu de natuur en gebruiken van hier. Dit geeft zoveel meer voldoening en verdieping. Afgestemd zijn en meestromen met de tijd van het jaar en de weersomstandigheden van het seizoen met steeds weer andere kwaliteiten. Het is een balans van voelen, ervaren en met de neus in de boeken om zaken uit te zoeken. Gevoel en verstand in balans, ja ik houd ervan. Het trainen van onderscheidingsvermogen is heel belangrijk. Niet zomaar het klakkeloos volgens van een ratjetoe aan tradities en gebruiken, ook al duizelen soms de verschillen en overeenkomsten tussen alle heidense volken mij nog wel. Nu betekent dit niet dat ik me niet meer interesseer in andere landen en culturen, zeker wel, juist van de verschillen leer je en zie je ook de overeenkomsten.

Heidense voorouders

Hoe onze heidense voorouders dachten, handelden en ervoeren daar kunnen we dankzij overgeleverde bronnen een voorstelling van maken, maar met zekerheid kunnen we het nooit stellen. We kijken toch altijd naar het verleden met een blik van nu. Maar door handelingen te doen, de traditie te doorleven, kunnen wij wel proberen sensitiever te worden in de afstemming met onze voorouders.

De christenen vieren Allerzielen en Allerheiligen, de paganisten vieren Samhain of Halloween. En de heidenen? Vorig jaar wandelde ik al met de Swezas groep mee met Winternachten. En lees waar in deze blog Pagan staat, lees alsjeblieft Heiden, lees hier waarom.

Ook dit jaar stond (vorig weekend), wanneer de klokken een uur kregen en Wintertijd inging en de dagen merkbaar korter worden, een Winternacht wandeling naar de Heimenberg in Rhenen gepland met een afsluitend offerritueel op het Cuneraheuveltje. Dit jaar zou dit een fakkeltocht zijn waarmee wij de donkere tijd van het jaar ingaan. Een belevenis dus, want het heidendom leven is waar we naar streven. Het gezamenlijke ritueel heeft mij vorig jaar gesterkt en geïnspireerd, echter het mocht niet zo zijn dit jaar, aldus de goden. Donar is verbonden met Lianne en Axnot van Swesaz en zorgt wederom voor een lichtshow tijdens een gepland Swesaz offerfeest. Zondag regende en stormde het en zou onmogelijk zijn fakkels te ontsteken en ons offer te brengen. Zoals Lianne mooi zegt, ‘wij schikken ons naar ons lot’. Wellicht worden wij gevraagd te wennen aan een tijd van thuis blijven, vanwege het weer maar ook de te verwachten beperkingen opgelegd door de overheid. Hoe het ook zij, de fakkeltocht werd met een week verzet naar vandaag, maar wederom mag het niet zo zijn, want een groot deel van de groep is geveld door verkoudheidsklachten en ander najaarsongemak. Het momentum voelt eerlijk gezegd ook een beetje gepasseerd. Gelukkig heb ik vorige week zelf een ritueel en offerhandeling gedaan, zo ga ik toch ‘goed’ de donkere dagen in.

‘Zij die spinnen, zij die schikken, zij die snijden.’

Sinte Cunera

Echter ook vandaag, 6 november wil ik door deze blog te schrijven, stilstaan bij de Cunera legende; “28 oktober is de dag van Sinte Cunera. Volgens de legende stortte Hillegonda de tegenstreefster van Cunera zich op 31 oktober van de Heimenberg. Met de Gregoriaanse tijdsverandering erbij zitten we op 6 november, vandaag. Met Cunera wiens sterfdag op het einde van oktober valt, maar wiens heiligendag samen viel met midzomer maken we de beweging van buiten naar binnen. Zowel letterlijk als zinnebeeldig in onszelf. De tijd van regeneratie en van verstilling breekt aan”, aldus Swesaz.

Uit onze gebieden is het offerfeest ter ere van Godin Tanfana bekend dat eind oktober plaatsvond, ongeveer tegelijk met de heiligendag van Sinte Cunera. In Noord-Germaanse bronnen wordt dit feest aan het begin van de winter ‘Winternachten’ genoemd. Voor de heidense Angelsaksen noemt Beda (een Engelse monnik uit Northumbria) een feest rond de volle maan in oktober dat we wellicht met hiermee in verband kunnen brengen ‘Winterfilleth’, de samenstelling van winter en volle maan. De winter begint aldus op de volle maan van oktober. Tacitus vertelt hoe een Romeinse veldheer het offerfeest van de Godin Tamfana verstoorde en dit is vanuit de context van de tekst te herleiden tot een volle maan in de herfst. Dit was volgens Germanist Jan de Vries de volle maan van oktober en Rudolf Simek (een Oostenrijkse filoloog en religiewetenschapper die hoogleraar en voorzitter is van Oud- Duitse en Noordse Studies aan de Universiteit van Bonn) vergelijkt dit herfstfeest met de Scandinavische offers voor de Dísen (dísablot) die ook aan het begin van de winter plaatsvonden. De Dísen of Dísir zijn vruchtbaarheidsgodinnen en vrouwelijke beschermgeesten van onze noorderburen. Ze zijn verwant aan de Parcen (schikgodinnen), Witte Wieven, (de Indo-Europese) Dhisanas, Holden, Huldas, en Beten. In de Romeinse tijd worden de Matronen aangeroepen voor bevallingen, zegens en overvloed. Een beetje een ratjetoe dus van vrouwelijke geesten ter bevordering van geluk, bescherming en vruchtbaarheid.

Winternachten

Germanen hadden in de publieke cultus (in tegenstelling tot cultus thuis) drie offermomenten, namelijk aan het begin van de winter voor een goed jaar (Winternacht, voor de Germanen begon de dag met de nacht, ze telden met nachten, dus de eerste nacht van de winter), in het midden van de winter voor een voorspoedige groei (Midwinter) en aan het begin van de zomer als zegeoffer (Midzomer). In die tijd was het heel belangrijk (en nu nog maar we zijn het vergeten en ik probeer me nu te her-inneren) om te danken en offeren ter bevordering van vruchtbaarheid en dus het waarborgen van genoeg voedsel voor de familie. Nu kunnen we dit ook breder trekken, ik wens ook voor vruchtbaarheid van mijn creaties en alles wat ik volgend jaar creatief wil baren zeg maar.

Winternachten wordt in sommige bronnen gelijkgesteld aan het Germaanse oudjaar, welke het einde inluidt van de oogsttijd, want rond deze tijd stopt de natuur met het schenken van levensbrengende krachten. Het is het begin van de periode waarin we meer tijd binnenshuis doorbrengen.

Geen feest voor de doden

Winternacht is geen tijd wanneer de doden terugkeren zoals gevierd wordt met Samhain (wat trouwens ook einde van de zomer betekent). Nee Winternacht is volgens bronnen van hier een tijd waarin beschermsters en raadgeefsters aangeroepen worden om hen te vragen ons de winter in te begeleiden. De Joeltijd is de tijd dat voor de Germanen ‘de sluiers’ het dunst is. Nu verschillen de handelingen van onze buren de Kelten niet zo sterk en waarom doen zij dan tijdens Samhain (ook het begroeten van de winter) aan voorouderverering? En het antwoord is hoe verrassend, dit hebben we namelijk te danken aan de kerk en de kerstening van alles wat heidens is en hierdoor zijn feesten verplaatst en is het zwaartepunt van de voorouderverering aan het begin van de winter komen te liggen. En zo is dit ook gebeurt met Sinterklaas en St. Maarten, maar over de eerste rond die tijd meer.

12 Rauwe Nachten

Het volgende offerfeest valt in de periode van de Rauwe Nachten. Hier zal ik te zijner tijd ook meer over schrijven. Dit is de tijd dat in de Germaanse traditie de voorouders uitgenodigd worden en andere overledenen uitgenodigd worden voor een maaltijd en hen gevraagd wordt een zegen te brengen voor hernieuwde vruchtbaarheid.

Ik hoop dat je dit interessant vond.

Ik wens je een Winter vol warmte, overvloed en liefde. Zorg goed voor jezelf en jouw naasten.

Foto’s door Karina Grens